Havo
De leerling die na de eerste brugklas plaatsneemt in 2 havo, kiest voor een vijfjarige opleiding die voorbereidt op het hoger beroepsonderwijs (hbo). Leerlingen leren op de havo zelfstandig te werken. Zij leren vaardigheden die gericht zijn op een goede aansluiting met het hbo. De docenten passen op deze afdeling verschillende werkvormen toe die speciaal geschikt zijn voor het havo-onderwijs. Zij streven ernaar de leerlingen goed te motiveren voor hun vak. Ook is er oog voor de individuele kwaliteiten van de havoleerlingen. Leerlingen kunnen in de Tweede Fase bijvoorbeeld een vak in eigen beheer volgen, waardoor een doorstroom naar het vwo tot de mogelijkheden behoort. Verder besteedt de school extra aandacht aan de begeleiding van de leerlingen van klas 3, 4 en 5 havo. In het vierde en vijfde leerjaar kunnen leerlingen een (docent)coach krijgen als ze moeite hebben zich aan de eisen van de Tweede Fase aan te passen of als hun resultaten tegenvallen.
Atheneum
Atheneum en gymnasium vormen samen het vwo, het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Dat wil zeggen dat beide opleidingen toegang geven tot de universiteit. Leerlingen kunnen na de basisschool kiezen voor 1 atheneum of na de eerste brugklas kiezen voor 2 atheneum. Een leerling die met goed gevolg klas 3 atheneum heeft doorlopen, begint in de vierde klas aan de Tweede Fase. Aangezien de atheneumopleiding opleidt voor de universiteit, zijn de lessen en de lesprogramma’s erop gericht de leerlingen op het daartoe vereiste niveau te brengen. Dat betekent dat van de leerlingen wordt verwacht dat ze in de loop van hun schoolcarrière een serieuze werkhouding aanleren. Onontbeerlijk zijn daarbij het eigen initiatief en de eigen inbreng bij onder meer de werkstukken die ze bij verschillende vakken moeten inleveren. Daarnaast is er aandacht voor cultuur. Door projecten in het kader van CKV (culturele en kunstzinnige vorming) komen de leerlingen in contact met diverse kunstuitingen. Daarbij streven de docenten naar een zo breed mogelijk aanbod. Dat bestaat onder meer uit het bekijken van films, het bezoeken van musea en tentoonstellingen en theaterbezoek. Om een goede doorstroming van het atheneum naar de universiteiten en hogescholen te waarborgen vindt regelmatig overleg plaats met deze instellingen. Ook geven studenten en andere vertegenwoordigers van deze vormen van onderwijs voorlichting op het lyceum.
Gymnasium
Aan het Zaanlands Lyceum is sinds jaar en dag een bloeiende gymnasiumafdeling verbonden. Het onderwijs aan deze afdeling onderscheidt zich van dat aan het atheneum door de bestudering van Grieks, Latijn en de klassieke cultuur. Leerlingen kunnen in de eerste klas beginnen met het gymnasium. In 1 gym volgen zij naast de lessen die in de andere eerste klassen worden gegeven het vak Latijn. Leerlingen kunnen kiezen voor de reguliere gymnasiumstroom of voor de bètaplusstroom.
Het is ook mogelijk om in de tweede klas, dus na de eerste brugklas of na 1 atheneum, te beginnen met 2 gymnasium. Kandidaten worden hierop voorbereid aan het eind van de eerste klas. In de tweede en derde klas gymnasium krijgen de leerlingen les in beide klassieke talen, Latijn en Grieks. Naast de kennis van de klassieke talen blijft het contact met de klassieke cultuur gedurende de gehele opleiding van groot belang. Een belangrijke rol spelen bezoeken aan tentoonstellingen en voorstellingen met een klassiek thema, projecten met als thema bijvoorbeeld mythologie en in de vijfde klas de studiereis naar Rome. De kennis van Grieks en Latijn biedt steun bij de verwerving van alle vreemde talen. Leerlingen die een gymnasiumopleiding volgen, krijgen naast een brede algemene ontwikkeling rechtstreeks toegang tot de bronnen van onze cultuur. Zo verwerven zij daarin meer inzicht. Dit draagt bij aan een kritische en tegelijkertijd beschouwende houding. De gymnasiumopleiding vormt een uitdaging voor leerlingen die goed gemotiveerd zijn en flink wat capaciteiten hebben.